Page Title

Nieuws

Deze rubriek toont alle actualiteit m.b.t. het FPB, gaande van de meest recente studies, persberichten, en artikels tot aankondigingen van toekomstige publicaties, workshops, colloquia…

Volgens de demografische vooruitzichten zal België tegen 2060 1,4 miljoen meer inwoners en 1 miljoen meer gezinnen tellen (18/03/2014)

!

Bovenstaande HTML-versie van het communiqué bevat doorgaans niet alle informatie van de PDF-versie. Voor een volledige versie (met grafieken en tabellen), download het communiqué in PDF-formaat hieronder of in het kader 'PDF & downloads' rechtsbovenaan.

Het Federaal Planbureau en de Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie hebben hun demografische vooruitzichten met tijdshorizon 2060 geactualiseerd. De internationale immigratie daalt over de volledige projectieperiode maar blijft wel de belangrijkste factor van de bevolkingsgroei op niveau van het Rijk. Op korte termijn blijft de immigratie uit de zuidelijke EU15-landen beïnvloed door de economische en financiële crisis. De in 2011 genomen maatregelen inzake gezinshereniging hebben een blijvende impact op de daling van de immigratie, vooral uit de niet-Europese landen. Als gevolg van de daling van de gemiddelde grootte van de huishoudens groeit hun aantal in België sneller dan de bevolking.

  • De bevolking van het Rijk stijgt van 11,1 miljoen inwoners in 2013 tot 11,9 miljoen in 2030 (+7 %) en 12,5 miljoen in 2060 (+13 %).
  • De groei van levensverwachting blijft belangrijk maar vertraagt geleidelijk tegen 2060: de levensverwachting bij de geboorte zou toenemen van 77,6 jaar in 2012 tot 86,1 jaar in 2060 voor de mannen en van 82,8 jaar tot 88,4 jaar voor de vrouwen.
  • De vruchtbaarheid behoudt op lange termijn het niveau van vóór de financiële en economische crisis, namelijk iets hoger dan 1,8 kinderen per vrouw. Op korte termijn blijft de vruchtbaarheid beïnvloed door de financiële en economische crisis.
  • De internationale immigratie, die 149 120 personen bedroeg in 2012, stabiliseert zich vanaf 2040 rond 115 000 personen per jaar.
  • Het aantal particuliere huishoudens op niveau van het Rijk stijgt van 4,8 miljoen in 2013 tot 5,3 miljoen in 2030 (+11 %) en 5,8 miljoen in 2060 (+21 %).
  • De gemiddelde grootte van de particuliere huishoudens in het Rijk daalt van 2,26 personen per huishouden in 2013 tot 2,17 in 2030 en 2,08 in 2060. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest kent de gemiddelde gezinsgrootte wel een lichte groei tot 2030.

De determinanten van de bevolkingsgroei voor het Rijk...

De bevolkingsvooruitzichten zijn gebaseerd op een geheel van hypothesen inzake de toekomstige evolutie van het sterftecijfer, de vruchtbaarheid en de migraties. Zolang een belangrijk deel van de babyboomgeneratie de leeftijdscategorieën met de hoogste overlijdenskansen niet heeft bereikt, blijft het natuurlijk saldo (het verschil tussen het aantal geboorten en het aantal overlijdens) positief. Op lange termijn daalt dat saldo echter en wordt het lichtjes negatief in de periode 2040-2060 (het blijft evenwel boven de grens van -4000 personen per jaar). Niettemin blijft de bevolking toenemen, zij het in een trager tempo: het extern migratiesaldo (internationale immigraties – internationale emigraties) bedraagt 28 000 personen in 2020 en ongeveer 15 000 à 20 000 personen over de periode 2030-2060. Die cijfers liggen aanzienlijk lager dan tijdens de jaren 2000 (63 000 in 2009). Dat wordt deels verklaard door het feit dat rekening wordt gehouden met de in 2011 ingevoerde beperkingen inzake gezinshereniging, en door de geleidelijke inkrimping van het verschil in levensstandaard tussen België en sommige andere landen.

Deze publicatie wijdt ook een hoofdstuk aan de generationele levensverwachting (in tegenstelling tot de transversale levensverwachting die traditioneel in onze publicaties wordt voorgesteld). Die indicator van het sterftecijfer is voor bepaalde domeinen, waaronder de verzekeringen, namelijk meer relevant.

...en de gewesten.

In de drie gewesten wordt ook een bevolkingsgroei verwacht, zij het in verschillende tempo's (zie tabel 1): een sterkere groei in het Waals Gewest (+16 % in 2060 ten opzichte van 2013) en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (+14 % in 2060) dan in het Vlaams Gewest (+11 % in 2060).

Wat de loop van de bevolking betreft (zie figuur 1), behoudt het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, in tegenstelling tot de twee overige gewesten, een positief natuurlijk saldo over de volledige projectieperiode. Die uiteenlopende evoluties worden verklaard door de verschillende leeftijdsstructuren in de gewesten. De bevolkingsevolutie op niveau van de gewesten is niet alleen afhankelijk van de evolutie van het natuurlijk saldo en het extern migratiesaldo, maar tevens van het intern migratiesaldo (tussen de gewesten). Ook op dat vlak onderscheidt het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zich van de twee andere gewesten, met een negatief intern migratiesaldo tijdens de gehele projectieperiode.

Leeftijdsstructuur

De bevolkingsprojectie bevestigt de vergrijzing van de bevolking en daaraan verbonden uitdaging. De afhankelijkheidsgraad van de ouderen (de verhouding tussen het aantal 65-plussers en de bevolking op arbeidsleeftijd) stijgt aanzienlijk (27 % in 2013 en 44 % in 2060). Die evolutie is te wijten aan de stagnering van het aantal geboorten, het feit dat de babyboomgeneraties hogere leeftijden bereiken, de stijgende levensverwachting en de vertraging van de internationale immigraties.

In de drie gewesten stijgt het aantal 65-plussers tussen 2013 en 2060 met 734 000 in het Vlaams Gewest, 439 000 in het Waals Gewest en 92 000 in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De evoluties zijn minder uitgesproken voor de personen jonger dan 65 jaar. Het Vlaams Gewest laat zelfs een daling van zijn bevolking op arbeidsleeftijd (15-64 jaar) optekenen tegen 2060.

De determinanten van de groei van het aantal particuliere huishoudens in het Rijk...

De evolutie van het aantal huishoudens hangt uiteraard af van de evolutie van de bevolking en haar structuur, maar ook van de evolutie van de gemiddelde gezinsgrootte, die zelf afhankelijk is van de hypothesen inzake de evolutie van de verschillende samenlevingsvormen. Het aantal alleenstaande huishoudens stijgt met 50,5 % in 2060 ten opzichte van 2013. Die stijging wordt verklaard door de vergrijzing maar ook door het toegenomen aantal personen op actieve leeftijd die in een alleenstaand huishouden leven (uit vrije keuze, na een scheiding,...). Ook het aantal éénoudergezinnen neemt toe (+37 % in 2060 ten opzichte van 2013). Die twee trends leiden tot een daling van de gemiddelde gezinsgrootte in België. Het aantal huishoudens bestaande uit een gehuwd koppel met kind(eren), ten slotte, daalt verder in de projectie (-27 % in 2060 ten opzichte van 2013) en het aantal huishoudens bestaande uit een samenwonend koppel met of zonder kinderen stijgt (+39 % in 2060 voor de huishoudens bestaande uit een samenwonend koppel zonder kinderen en +50,3 % voor de huishoudens bestaande uit een samenwonend koppel met kind(eren)). Die laatste trends worden verklaard door de voortzetting van culturele ontwikkelingen die de afgelopen jaren worden waargenomen, meer bepaald de zwakkere geneigdheid tot huwen ten gunste van het wettelijk of feitelijk samenwonen.

... en in de gewesten.

De analyse van de evolutie van het aantal huishoudens volgens gewest toont enkele specifieke kenmerken, met name voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het aantal huishoudens bestaande uit een gehuwd koppel met kinderen daalt in de projectie op niveau van het Rijk, het Waals Gewest en het Vlaams Gewest, maar stijgt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest tegen 2030. Die groei kan worden verklaard worden door de relatief jonge bevolking in Brussel die voor een belangrijk deel bestaat uit geïmmigreerde individuen voor wie het traditionele huwelijk nog steeds meer cultureel verankerd is.

In het Vlaams Gewest en het Waals Gewest stijgt het aantal huishoudens sneller dan de bevolking als gevolg van de dalende gemiddelde gezinsgrootte. Anderzijds stijgt de bevolking van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest sneller dan het aantal huishoudens, met name tijdens de komende 20 jaren (zie tabel 1).

Bevolkingsgroei, natuurlijk saldo en extern migratiesaldo voor België en de drie gewesten

The chart will appear within this DIV.
The chart will appear within this DIV.
The chart will appear within this DIV.
The chart will appear within this DIV.

Bronnen: 1991-2012: RR-ADSEI en berekeningen FPB; 2000-2012: RR-ADSEI en berekeningen FPB
2013-2060: Demografische vooruitzichten 2013-2060, FPB-ADSEI.

  Beschikbare gegevens

None
Please do not visit, its a trap for bots