Page Title

Publicaties

Om de transparantie en informatieverstrekking te bevorderen, publiceert het FPB regelmatig de methoden en resultaten van zijn werkzaamheden. De publicaties verschijnen in verschillende reeksen, zoals de Vooruitzichten, de Working Papers en de Planning Papers. Sommige rapporten kunnen ook hier geraadpleegd worden, evenals de nieuwsbrieven van de Short Term Update die tot 2015 werden gepubliceerd. U kunt op thema, publicatietype, auteur en jaar zoeken.

Economische begroting - Economische vooruitzichten 2016-2017 (Juni) [ Economic outlook 2016-2017 (June) - ]

Overeenkomstig de wet van 21 december 1994 heeft het Instituut voor de Nationale Rekeningen de cijfers van de economische begroting meegedeeld aan de minister van Economie. Deze macro-economische vooruitzichten kaderen in de voorbereiding van de begroting voor 2017.

  Auteurs

Gemeenschappelijke publicatie
 
A : Auteur, C : Contribuant

  Publicatietype

Vooruitzichten

De vooruitzichten presenteren de toekomstige evoluties in België, zowel in socio-economische, budgettaire en energiedomeinen als voor de transportvraag.

De Belgische economische groei zou uitkomen op 1,2% in 2016 en aantrekken tot 1,5% in 2017

Een lichte verbetering van de internationale conjunctuur in 2017

Net als in 2015 zou de wereldeconomie dit jaar een bescheiden groei van ongeveer 3% laten optekenen door tegenvallende groeiprestaties in de opkomende economieën. In 2017 zou de wereldwijde groei hernemen tot 3,5% dankzij een geleidelijk vraagherstel in de opkomende economieën. De aantrekkende grondstoffenprijzen die daarmee gepaard gaan ondersteunen ook de grondstoffenproducerende opkomende landen. De geavanceerde economieën zouden, net als de voorbije twee jaren, een gestage, maar al bij al vrij matige groei laten optekenen. De economische groei in de eurozone als geheel zou zowel in 2016 als in 2017 uitkomen op 1,6%. De economische activiteit wordt er ondersteund door de nog steeds lage olieprijzen en door een uiterst soepel monetair beleid.

Belangrijke risico’s die dit internationaal scenario kunnen doorkruisen, betreffen o.m. een harde landing van de Chinese economie, de impact van de geleidelijke normalisering van het Amerikaanse monetair beleid en een sterker dan voorziene herneming van de olieprijzen. Daarnaast kan het vertrouwen binnen Europa gefnuikt worden door verstoorde (handels)relaties tussen de lidstaten in het geval van een Brexit.

Een tijdelijke groeivertraging van het Belgisch bbp tijdens de eerste helft van 2016

De Belgische economie groeide met 1,4% in 2015 net iets sterker dan in 2014, wat te danken was aan de dynamiek van de particuliere consumptie (1,3% tegenover 0,4% in 2014). De lagere energieprijzen zorgden er in 2015 immers voor dat het reëel beschikbaar inkomen, ondanks de indexsprong, toch nog met 1,3% toenam. De bbp-groei zou in 2016 enigszins vertragen tot 1,2%, vooral als gevolg van een minder gunstige internationale context, die de uitvoer afremt en – in het zog daarvan – weegt op de binnenlandse bestedingen. Bovendien worden de uitvoer en de particuliere consumptie negatief beïnvloed door de aanslagen van 22 maart in Brussel. We gaan ervan uit dat die aanslagen de bbp-groei in 2016 met 0,1 procentpunt afremmen, maar geen impact meer hebben op de economische activiteit in 2017. Onder impuls van een meer dynamische binnenlandse vraag, zou de Belgische bbp-groei in 2017 hernemen tot 1,5%.

De Belgische uitvoer wordt in 2016 ondersteund door de gunstige ontwikkeling van de binnenlandse kosten, die een rechtstreeks gevolg is van de maatregelen gericht op het beperken van de arbeidskosten, en de sinds vorig jaar sterk gedeprecieerde euro. Toch zou de stijging van de uitvoer in volume dit jaar beperkt blijven tot 4,1% (t.o.v. 4,9% in 2015), vooral als gevolg van de conjunctuurverzwakking buiten de eurozone, maar ook door de impact van de recente aanslagen op de uitgaven door niet-ingezetenen. De uitvoergroei zou ook in 2017 4,1% bedragen, wat in lijn is met de stabiele economische groei van de eurozone.

Het reëel beschikbaar inkomen van de particulieren zou dit jaar met 1% toenemen. Een aantal maatregelen heeft een gunstig koopkrachteffect, al wordt dat deels tenietgedaan door o.m. de btw-verhoging op elektriciteit voor huishoudelijk gebruik, de verhoging van andere indirecte belastingen en de indexsprong. Voor 2017 wordt een gelijkaardige koopkrachttoename verwacht (1,1%), ondersteund door een meer uitgesproken toename van de lonen (in een scenario waarin geen nieuwe loonmatiging opgelegd wordt). In beide jaren blijft de indexering van de lonen en de sociale uitkeringen achter op de inflatie, maar wordt het reëel beschikbaar inkomen ondersteund door een verbeterende arbeidsmarktsituatie. De terreurdreiging en de aanslagen hebben in de eerste helft van 2016 evenwel een negatieve impact op de particuliere consumptie, waardoor die over het ganse jaar met slechts 0,7% toeneemt en de gezinsspaarquote tijdelijk herneemt. De consumptieve bestedingen zouden in 2017 een inhaalbeweging maken, met een groei van 1,3%. De forse volumegroei van de investeringen in woongebouwen in 2016 (5%) wordt verklaard door een gunstig startpunt dankzij de opvallend sterke toename van de woningbouwactiviteit in het tweede semester van 2015. De gezinsinvesteringen zouden in 2017 verder toenemen met 1,4%.

De volumegroei van de bedrijfsinvesteringen zou dit jaar slechts 0,2% bedragen, maar dat is louter het gevolg van het wegvallen van uitzonderlijke aankopen die de bedrijfsinvesteringen opdreven in 2014 en 2015, maar die ingevoerd werden, waardoor ze geen impact hadden op de economische groei. Gezuiverd voor die transacties, zouden de investeringen van de ondernemingen dit jaar met 4% stijgen en in 2017 met 4,2%, daarbij ondersteund door een toename van de rendabiliteit en een oplopende industriële capaciteitsbezettingsgraad.

Rekening houdend met alle gekende maatregelen zou de volumegroei van de overheidsconsumptie in 2016 en 2017 uitkomen op resp. 0,3% en 0,5%. De volumegroei van de overheidsinvesteringen in 2016 (2,5%) is in belangrijke mate toe te schrijven aan scholenbouw door de Vlaamse overheid, terwijl die in 2017 (2,6%) aangedreven zou worden door een verhoogde investeringsactiviteit van de lokale besturen in de aanloop naar de gemeente- en provincieraadsverkiezingen van 2018.

De werkgelegenheidscreatie wordt ondersteund door arbeidskostenverlagende maatregelen

De werkgelegenheid steeg vorig jaar met 0,9% (een nettotoename van 41 400 banen). De werkgelegenheid in de marktsector wordt in 2016 en 2017 gunstig beïnvloed door maatregelen ter beperking van de arbeidskosten. We gaan er bovendien van uit dat de economische groeivertraging die zich in de eerste helft van 2016 voordoet grotendeels opgevangen wordt door een tijdelijke krimp van de arbeidsproductiviteit per uur en van de arbeidsduur, en bijgevolg slechts een beperkt effect heeft op de werkgelegenheid. Het aantal tewerkgestelden bij de overheid zou in 2017 lager uitkomen dan in 2015 (-1000 personen). De totale binnenlandse werkgelegenheid zou in 2016 en 2017 telkens met 0,8% toenemen, wat voor beide jaren samen neerkomt op een nettotoename van ruim 74 000 banen.

Rekening houdend met de verdere toename van de beroepsbevolking, zou het aantal werklozen (met inbegrip van de niet-werkzoekende uitkeringsgerechtigde volledig werklozen) in 2016 en 2017 in totaal met ruim 27 000 personen afnemen. De geharmoniseerde Eurostat-werkloosheidsgraad zou dalen van 8,5% in 2015 tot 8,4% in 2017.

De inflatie versnelt fors in 2016, waarna ze licht afkoelt

De Belgische inflatie, gemeten aan de hand van het nationaal indexcijfer van de consumptieprijzen, viel in 2014 en 2015 terug tot resp. 0,3% en 0,6%, vooral als gevolg van de daling van de olieprijzen. De olieprijzen zouden, ondanks een geleidelijke toename, dit jaar gemiddeld lager liggen dan in 2015, terwijl ook de noteringen voor aardgas en elektriciteit dalen t.o.v. vorig jaar. Niettemin zou de inflatie in 2016 aantrekken tot 1,9%. De negatieve bijdrage van de prijs voor aardgas en olieproducten wordt immers volledig tenietgedaan door de positieve bijdrage van de consumptieprijs van elektriciteit. Die laatste stijgt fors door de introductie of de verhoging van een aantal belastingen en heffingen en door de afschaffing van de zogenaamde ‘gratis kWh’ in het Vlaams Gewest. Bovendien zou de onderliggende inflatie hoger uitkomen dan in 2015.

De inflatie zou in 2017 vertragen tot 1,6%. Dat is het resultaat van enkele factoren die elkaar gedeeltelijk compenseren. Enerzijds zou de prijs voor ruwe olie voor het eerst sinds 2012 toenemen, maar anderzijds zou de onderliggende inflatie – mede door de arbeidskostenverlagende maatregelen – afkoelen en zal de opwaartse invloed van de maatregelen m.b.t. de elektriciteitsprijs op de inflatie dan grotendeels uitgewerkt zijn. De gezondheidsindex, die niet beïnvloed wordt door het prijsverloop van o.m. benzine en diesel, zou in 2016 en 2017 met resp. 2% en 1,4% toenemen. Overeenkomstig de maandvooruitzichten van het Federaal Planbureau voor de gezondheidsindex, zou de huidige spilindex voor de overheidswedden en sociale uitkeringen (103,04) overschreden worden in december 2017.

  Beschikbare gegevens

None

Please do not visit, its a trap for bots