Page Title

Publicaties

Om de transparantie en informatieverstrekking te bevorderen, publiceert het FPB regelmatig de methoden en resultaten van zijn werkzaamheden. De publicaties verschijnen in verschillende reeksen, zoals de Vooruitzichten, de Working Papers en de Planning Papers. Sommige rapporten kunnen ook hier geraadpleegd worden, evenals de nieuwsbrieven van de Short Term Update die tot 2015 werden gepubliceerd. U kunt op thema, publicatietype, auteur en jaar zoeken.

Documents (207)

2013

  • Bevolkingsvooruitzichten 2012-2060 24/05/2013

    Het Federaal Planbureau maakt op regelmatige basis, in nauwe samenwerking met de Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (ADSEI), bevolkingsvooruitzichten op lange termijn. Deze nieuwe bevolkingsvooruitzichten werden opgesteld op basis van de waarnemingen uit het Rijksregister die tot eind 2011 beschikbaar waren.

    Vooruitzichten - EFPOP2013  Publication(fr), Publicatie(nl),

  • Maatregelen genomen in 2012 in de takken werkloosheid en pensioenen: evaluatie van de effecten volgens geslacht 28/02/2013

    In de loop van het jaar 2012 heeft de regering een aantal maatregelen geïntroduceerd in de pensioenregelingen, de werkloosheid met bedrijfstoeslag (het vroegere brugpensioen) en de werkloosheid. De macro-economische, budgettaire en so ciale effecten van die maatregelen werden geëvalueerd in bepaalde publicaties van het Federaal Planbureau of van de Studiecommissie voor de vergrijzing. De voorliggende publicatie van het Federaal  Planbureau heeft als doelstelling de impact te analyseren van bepaalde maatregelen met betrekking  tot de werkloosheidsuit kering en het rustpensioen naar geslacht. Deze analyse kent een dubbel perspectief: een macro-budgettair en een micro-economisch perspectief. In eerste instantie wor den de gedifferentieerde effecten voor mannen en vrouwen van de hervorming van de arbeidsmarkt, van het aantal gerechtigden op een sociale uitkering en van de gemiddelde pensioenen per regeling geanalyseerd.  In tweede instantie worden de effecten geanalyseerd van bepaalde maatregelen in de takken werkloosheid en pensioen in termen van ongelijkheid en armoede, steeds met als doel de effecten op mannen en vrouwen te differentiëren.

    Working Papers - Working Paper 03-13  Publication(mix),

  • Monitoring van de relancestrategie van de Federale regering - Voortgangsverslag 22/02/2013

    In juli 2012 kondigde de Federale regering haar relancestrategie aan. Centrale doelstellingen van die relancestrategie zijn het ondersteunen van de koopkracht van de burgers, het versterken van de competitiviteit van onze economie en het creëren van meer kwaliteitsvolle jobs.

    In de relancestrategie werd een procedure voor opvolging en monitoring ingesteld, die inhoudt dat het Federaal Planbureau om het half jaar aan de regering een verslag voorlegt over de evolutie van deze procedure en de efficiëntie van de genomen maatregelen in het licht van de doelstellingen van de strategie. Het voorliggende, eerste, monitoringrapport introduceert de monitoringprocedure, geeft een overzicht van de maatregelen die zullen opgevolgd worden (de scope) en geeft een stand van zaken van de voortgang van uitvoering van de maatregelen (situatie op 31 januari 2013).

    Rapporten - OPREP201301  Publication(fr), Publicatie(nl),

  • Machines that go ‘ping’: medical technology and health expenditures in OECD countries 29/01/2013

    Terwijl het stijgende aandeel van de gezondheidsuitgaven als procent van het nationaal inkomen een welbekend en uitvoerig beschreven fenomeen is in de geïndustrialiseerde wereld, is het moeilijk om de effecten van de onderliggende kostendrijvers te kwantificeren. De grootste moeilijkheid is het vinden van geschikte proxies om de medisch-technologische innovatie te meten. Die laatste wordt beschouwd als een belangrijke determinant van de steeds toenemende gezondheidsuitgaven. De belangrijkste bijdrage van deze paper is het gebruik van data over goedgekeurde medische apparatuur en geneesmiddelen als indicatie voor de medisch-technologische vooruitgang. De effecten van deze variabelen op de totale reële gezondheidsuitgaven per hoofd worden geraamd aan de hand van een panelmodel voor 18 OESO-landen dat betrekking heeft op de periode 1981-2009. De resultaten bevestigen het aanzienlijk kostenverhogend effect van de medische technologie die minstens 50 % van de historische uitgavengroei kan verklaren. Het weglaten van de goedkeuringsvariabelen leidt tot een aanzienlijke opwaartse vertekening van de geraamde inkomenselasticiteit van de gezondheidsuitgaven en heeft een negatief effect op sommige modelspecificatietesten. Ondanks het totale positieve netto-effect van de technologie, is het effect van twee subgroepen van goedkeuringsvariabelen op de uitgaven duidelijk negatief. Die subgroepen kunnen als representatief voor ‘incrementele medische innovatie’ worden beschouwd, terwijl de positieve effecten betrekking hebben op ‘radicaal’ innovatieve farmaceutische producten en apparatuur. De resultaten zijn coherent met die uit andere studies die suggereren dat sommige nieuwe producten, ondanks hun hoge introductieprijs, uiteindelijk kostenbesparend kunnen zijn voor andere medische ingrepen.

    Working Papers - Working Paper 02-13  Publication(en),

2012

  • HOGE RAAD VAN FINANCIËN - Studiecommissie voor de vergrijzing - Jaarlijks verslag 08/10/2012

    Deze publicatie vormt het 11e jaarverslag van de Studiecommissie voor de Vergrijzing (SCvV). Die Commissie werd opgericht in het kader van de wet van 5 september 2001 tot waarborging van een voortdurende vermindering van de overheidsschuld en tot oprichting van een Zilverfonds. De SCvV is belast met de jaarlijkse redactie van een verslag over de budgettaire en sociale gevolgen van de vergrijzing.

    Het eerste hoofdstuk omvat de evolutie van alle sociale uitgaven tegen het jaar 2060. Deze projectie steunt op een demografisch scenario, een socio-economisch scenario, een macro-economisch scenario en een scenario inzake sociaal beleid. De resultaten worden voorgesteld volgens een referentiescenario en twee alternatieve scenario's voor productiviteitsgroei op lange termijn. Deze nieuwe vooruitzichten houden rekening met de effecten van verschillende structurele hervormingen die beslist werden in het kader van het Regeerakkoord van december 2011. Die hervormingen hebben meer bepaald betrekking op de toegangsvoorwaarden tot het vervroegd pensioen in de drie wettelijke pensioenstelsels, bepaalde bijzonderheden van de berekeningswijzen van de pensioenen, de versterking van de toegangsvoorwaarden tot het werkloosheidsstelsel met bedrijfstoeslag (brugpensioen), wijzigingen in het stelsel van de werkloosheidsverzekering en tot slot een geheel van maatregelen om de toegang tot het stelsel van het tijdskrediet en loopbaanonderbreking te beperken. Hoofdstuk 2 van dit verslag is integraal gewijd aan de beschrijving van die hervormingen en hun impact op de budgettaire kosten van de vergrijzing. Hoofdstuk 3 toont verschillende indicatoren voor de sociale  houdbaarheid van de pensioenen, zowel op basis van de meest recente gegevens als in projectie. Tot slot is een laatste hoofdstuk gewijd aan de langetermijnprojecties in het kader van de «Ageing Working Group» opgericht binnen het Comité voor Economisch Beleid van de Europese Raad ECOFIN.

    Andere publicaties - FORVERG201201  Publication(fr), Publicatie(nl),

  • Hoge Raad van Financïen - Advies van de Studiecommissie voor de Vergrijzing - Evaluatie van de pensioenbonus 11/06/2012

    Deze publicatie betreft het advies van de Studiecommissie voor de Vergrijzing over het effect van de pensioenbonus op de verlenging van de beroepsactiviteit conform het koninklijk besluit van 1 februari 2007. De pensioenbonus werd ingesteld door de wet van 23 december 2005 betreffende het Generatiepact en wordt toegekend aan werkenden uit de werknemers- en zelfstandigenregeling die hun beroepsleven verder zetten na de leeftijd van 62 jaar of na een loopbaan van minstens 44 jaar.

    Andere publicaties - OPVERG201201  Avis du Comité d’Etude sur le Vieillissement(fr), Avis du Comité d’Etude sur le Vieillissement - Addendum(fr), Advies van de Studiecommissie voor de Vergrijzing(nl), Advies van de Studiecommissie voor de Vergrijzing - Addendum(nl),

  • The methodology developed by the Federal Planning Bureau to produce long-term scenarios 06/03/2012

    Sinds 1987 stelt het Federaal Planbureau langetermijnvooruitzichten op voor de evolutie van het geheel van sociale uitgaven in een context van globale overheidsfinanciën. Die vooruitzichten berusten op verschillende scenario's. Deze publicatie heeft als doel de methodologie voor de opbouw van de socio-economische en en macro-economische scenario's toe te lichten en te illustreren aan de hand van de voornaamste resultaten van de projectie uit 2011 voor het Jaarverslag van de Studiecommissie voor de Vergrijzing. De methodologie verloopt als volgt. Allereerst verdeelt de socio-economische projectie de bevolking in vier categorieën: de schoolbevolking, de potentiële beroepsbevolking, de invalide bevolking en de overige bevolking. Vervolgens bepaalt het macro-economisch scenario de evolutie van de werkgelegenheid en de productiviteit. In de tweede fase van de socio-economische projectie, ten slotte, worden werkgelegenheid en werkloosheid nauwkeuriger opgesplitst en wordt het aantal gepensioneerden geraamd.

    Working Papers - Working Paper 05-12  Publication(en),

2011

  • Bevolkingsvooruitzichten 2010-2060 19/12/2011

    Het Federaal Planbureau maakt op regelmatige basis, in nauwe samenwerking met de Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, bevolkingsvooruitzichten op lange termijn. De de-mografische data van het Rijksregister worden door de ADSEI geconsolideerd. Op basis van die statistieken die betrekking hebben op de jaren 2007, 2008 en 2009 en leiden tot de waargenomen bevolking op 1 januari 2010, heeft het FPB nieuwe bevolkingsvooruitzichten opgesteld. Die vooruitzichten vervangen de bevolkingsvooruitzichten 2007-2010 die tot op dit ogenblik op de sites van de ADSEI en het FPB beschikbaar waren. Sinds hun finalisering in april 2011, werden ze gebruikt voor de verschillende economische projectiewerkzaamheden van het FPB. Ze werden aldus geïntegreerd in de voorbereidende werkzaamheden aan de regeringsvorming.

    De voortdurende stijging van de levensverwachting, maar vooral de herneming van de vruchtbaarheid van de Belgische vrouwen, voornamelijk in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en in het Vlaams Gewest, en de internationale immigratie die de laatste jaren nog toenam, zorgen nog meer dan vroeger voor de toekomstige bevolkingstoename. De bevolkingen van België en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (op 1 januari 2010 respectievelijk 10.839.855 en 1.089.538 perso-nen) zouden in 2060 respectievelijk oplopen tot 13.515.000 en 1.475.200 personen. De bevolking zou ook jonger zijn dan wat vroeger werd voorzien. De afhankelijkheidscoëfficiënt van de ou-deren voor België zou echter nog steeds sterk toenemen van 26 ouderen per 100 actieve personen in 2010 naar 42 in 2060 (45 voordien).

    Vooruitzichten - EFPOP2011  Publication(fr), Publicatie(nl),

  • HOGE RAAD VAN FINANCIËN - Studiecommissie voor de vergrijzing - Jaarlijks verslag 27/06/2011

    De wet van 5 september 2001 tot waarborging van een voortdurende vermindering van de overheidsschuld en tot oprichting van een Zilverfonds heeft ook geleid tot de oprichting van de Studiecommissie voor de Vergrijzing (SCvV). Die Commissie is belast met de jaarlijkse redactie van een verslag over de budgettaire en sociale gevolgen van de vergrijzing. De voorliggende publicatie is het tiende verslag van de SCvV.

    Het eerste hoofdstuk toont de geactualiseerde vooruitzichten van de sociale uitgaven tegen 2060 volgens een referentiescenario en twee alternatieve scenario’s voor productiviteitsgroei op lange termijn. Die projecties sluiten aan bij de nieuwe bevolkingsvooruitzichten 2010-2060 die in het tweede hoofdstuk nader worden toegelicht. De SCvV heeft op regelmatige basis gevoeligheidsanalyses voorgesteld met betrekking tot de werkgelegenheidsgraad van 55-64-jarigen of inzake de effectieve uitstapleeftijd uit de arbeidsmarkt, zonder echter de maatregelen te verkennen die tot dergelijke evoluties zouden leiden. Dit jaar heeft de SCvV de gevolgen van een verhoging van de loopbaanvoorwaarde vereist voor een vervroegd of brugpensioen bestudeerd (hoofdstuk 3). Ten slotte toont hoofdstuk 4 de verschillende indicatoren voor de sociale houdbaarheid van de pensioenen, zowel op basis van de meest recente gegevens als in projectie.

    Andere publicaties - OPVERG201101  Publication(fr), Publicatie(nl),

  • Socialezekerheidsbijdrageverminderingen en herfinancieringsmaatregelen 27/04/2011

    Deze in 2010 door de Nationale Bank van België en het Federaal Planbureau gemaakte analyse, is het antwoord op een vraag van de federale regering om een globale studie te maken over de financiering van de sociale prestaties en de impact van wijzigingen in deze financiering te onderzoeken, met als doel na te gaan in welke mate verschillende scenario's met betrekking tot de hervorming van de financiering van de sociale zekerheid de werkgelegenheidscreatie kunnen bevorderden en het concurrentievermogen van de ondernemingen ondersteunen. Deze studie beoogt bijgevolg de weerslag te analyseren van een herschikking van de fiscale en parafiscale druk, met een bijzondere aandacht voor beide voormelde doelstellingen, terwijl tegelijkertijd de zorg voor een duurzame langetermijnfinanciering van de sociale zekerheid niet uit het oog verloren wordt.

    Andere publicaties - OPBFPBNB_11_01  Publication(fr), Publicatie(nl),

  • Het leefloon en alternatieven voor de sociaalprofessionele integratievrijstelling in de berekening van het inkomen 30/03/2011

    Om de overgang van een leefloon naar (deeltijds) werk financieel aantrekkelijk te maken, voorziet de huidige regelgeving dat bij de berekening van de bestaansmiddelen, en dus het recht op leefloon, inkomens uit werk of beroepsopleiding tot op zekere hoogte vrijgesteld worden. Dit is de zogenaamde sociaalprofessionele integratievrijstelling (SPI). Onder meer door het forfaitaire karakter, kampt het systeem van de SPI-vrijstelling met een aantal beperkingen. In dit rapport analyseren we de inactiviteitsvallen voor leefloners. We berekenen voor een aantal typegezinnen het verschil in netto-inkomen bij niet werken, deeltijds werken en voltijds werken. Daarnaast simuleren we voor dezelfde gezinstypes het netto-inkomen op basis van alternatieve systemen voor de SPI-vrijstelling. We baseren ons hiervoor op de vrijstellingen van arbeidsinkomens voor bijstandsgerechtigden die bestaan in Frankrijk, Nederland en Duitsland. We onderzoeken welke impact deze systemen zouden kunnen hebben op de inkomenssituatie van leefloners in België – dit is, indien ze in België toegepast zouden worden, ter vervanging van de huidige SPI-vrijstelling.

    Dit rapport bundelt de belangrijkste resultaten van het onderzoek waarin bovenstaande onderzoeksvragen geanalyseerd worden. Het onderzoek werd gerealiseerd door het Centrum voor Sociaal Beleid Herman Deleeck en het Federaal Planbureau op vraag van de Koning Boudewijnstichting.

    Rapporten - RIS_LAS_2001_01  Publication(fr), Publicatie(nl),

  • Herziening van het Belgisch federalisme en budgettaire houdbaarheid : belangrijke implicaties 24/03/2011

    In België heeft de crisis, net zoals in andere landen, het risico doen toenemen dat de houdbaarheid van de overheidsfinanciën in het gedrang komt[1]: de stijging van het structureel tekort, de toename van de schuld en de aanzienlijke kosten van de vergrijzing maken een beleid dat de houdbaarheid van de overheidsfinanciën herstelt noodzakelijk. In deze studie onderzoekt het FPB de mogelijke gevolgen van de herziening van het Belgisch budgettair federalisme[2], die nu op tafel ligt, voor het opzetten van een dergelijk beleid.


    [1]Onhoudbaarheid van de overheidsfinanciën: situatie waarin, in afwezigheid van budgettaire saneringen of hervormingen, de publieke schuldgraad in de toekomst buitensporig dreigt toe te nemen.

    [2]Budgettair federalisme: verdeling van de budgettaire en fiscale bevoegdheden en de financiële middelen tussen de verschillende beleidsniveaus.

    Artikels - Article 20110324  

  • Welvaartsbinding van sociale en bijstandsuitkeringen 15/03/2011

    Een van de voornaamste onderdelen van het recente voorstel van interprofessioneel akkoord 2011-2012 heeft betrekking op de welvaartsbinding van de sociale uitkeringen. Dat voorstel voor welvaartsaanpassing van de sociale uitkeringen is het resultaat van een lang proces en kadert in de wet op het Generatiepact, die eind 2005 een structureel mechanisme instelde dat de sociale uitkeringen bindt aan de welvaartsevolutie. Deze Working Paper ‘Welvaartsbinding van de sociale uitkeringen’ beschrijft de eerste fase van dat proces, namelijk de berekening van de beschikbare financiële middelen voor de aanpassing van de sociale uitkeringen voor de periode 2011-2012, waaraan het Federaal Planbureau heeft meegewerkt. Meer bepaald in de werknemersregeling bedragen die middelen 233,8 miljoen euro in 2011 en 497,9 miljoen euro in 2012, terwijl het recente voorstel van IPA echter voorziet niet meer dan 60% van die middelen te gebruiken. Daarnaast biedt deze paper een overzicht van het sociaal beleid in België door enerzijds de voornaamste keerpunten van dit beleid te beschrijven en anderzijds de evolutie van de gemiddelde bedragen van de belangrijkste sociale uitkeringen vanaf 1980 te analyseren. Het resultaat is een contrastrijk landschap: in tegenstelling tot de werklozen en de invaliden, zagen de gepensioneerden globaal genomen hun relatieve levensstandaard stijgen over de periode 1980-2009.

    Working Papers - Working Paper 04-11  Publication(mix),

2010

  • Toereikendheid van het pensioen en budgettaire kosten van de vergrijzing: evaluatie van beleidsmaatregelen en van alternatieve scenario’s 30/12/2010

    Sinds het begin van de jaren 90 bestudeert het FPB de budgettaire houdbaarheid van de wettelijke pensioenen op lange termijn met behulp van een macrobudgettair model MALTESE. Sedert enige jaren hanteert het FPB ook een dynamisch microsimulatiemodel MIDAS om de budgettaire houdbaarheid aan te vullen met evaluaties van sociale houdbaarheid of toereikendheid van de wettelijke pensioenen. Deze Working Paper illustreert de mogelijkheden van het op elkaar afstemmen van beide modellen, dit aan de hand van de analyse van verscheidene scenario’s, met ofwel een andere macro economische omgeving (inzake werkgelegenheid en productiviteitsgroei) ofwel de impact van beleidsmaatregelen.

    Working Papers - Working Paper 22-10  Publication(mix),

  • Herziening van het Belgisch budgettair federalisme: vragen omtrent de budgettaire houdbaarheid en omtrent budgettair beleid en economische cyclus 24/11/2010

    Deze Working Paper bestudeert twee van de vragen omtrent het begrotingsbeleid die in overweging moeten worden genomen in het kader van een herziening van het Belgisch federalisme, in het bijzonder van de financieringswet. Een eerste vraag handelt over de budgettaire houdbaarheid: in welke mate zou een beperking van de fiscale bevoegdheden en de budgettaire omvang van de federale overheid gepaard moeten gaan met een overname van een deel van haar deficit, haar schuld of de kosten van de vergrijzing door de deelgebieden om het probleem van haar budgettaire houdbaarheid niet te verergeren? Nadien volgt een vraag omtrent budgettair beleid en economische cyclus: hoe zou de blootstelling van de verschillende beleidsniveaus aan de cycliciteit van de ontvangsten wijzigen bij de overgang van een systeem dat voornamelijk berust op dotaties naar directe, eigen fiscale ontvangsten?

    Working Papers - Working Paper 23-10  Publication(fr), Publicatie(nl),

  • HOGE RAAD VAN FINANCIËN - Studiecommissie voor de vergrijzing - Jaarlijks verslag 05/07/2010

    De Studiecommissie voor de Vergrijzing (SCvV) werd opgericht in het kader van de wet van 5 september 2001 tot waarborging van een voortdurende vermindering van de overheidsschuld en tot oprichting van een Zilverfonds. De voorliggende publicatie is het negende rapport van de SCvV en bestudeert de budgettaire en sociale gevolgen van de vergrijzing op lange termijn. Dit verslag wordt bezorgd aan de regering, aan de Afdeling “Financieringsbehoeften van de overheid” van de Hoge Raad voor Financiën, aan de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven en aan de Nationale Arbeidsraad.

    De vorige editie van het jaarverslag werd gerealiseerd in een context van een macroeconomische en financiële crisis waardoor het uiterst moeilijk was om het macro-economisch scenario te definiëren waarop de langetermijnvooruitzichten van de evolutie van de sociale uitgaven zijn gebaseerd. In die context opteerde de SCvV voor de presentatie van drie productiviteitsscenario’s: een referentiescenario gekenmerkt door een jaarlijkse productiviteitsgroei van 1,5%, dat zich in het midden situeert van een scenario met een hogere productiviteitsgroei (van 1,75% per jaar) en één met een zwakkere productiviteitsgroei (van 1,25% per jaar). De SCvV kiest opnieuw voor die benadering in het voorliggende verslag. Hoofdstuk 1 evalueert de budgettaire kosten van de vergrijzing volgens die drie scenario’s. Het tweede hoofdstuk is gewijd aan de vervroegde uittredingen uit de arbeidsmarkt. Het bevat een beschrijvende analyse van de socio-economische statuten van de bevolking van 50 tot 64 jaar, en heeft daarbij aandacht voor de vormen van vervroegde uittredingen uit de arbeidsmarkt (brugpensioen, vervroegd pensioen en invaliditeit). Er wordt tevens een gevoeligheidsanalyse gepresenteerd waarbij de effectieve uittredingsleeftijd uit de arbeidsmarkt wordt verhoogd. Ten slotte stelt een derde hoofdstuk een actualisatie voor van de resultaten met betrekking tot het armoederisico, gebaseerd op de enquête EU-SILC 2008. Dit hoofdstuk geeft tevens een langetermijnprojectie van verschillende indicatoren inzake sociale houdbaarheid.

    Andere publicaties - OPVERG201001  Publication(fr), Publicatie(nl),

First page Previous page  5 van 9  Next page Last page
Please do not visit, its a trap for bots