Page Title

Publicaties

Om de transparantie en informatieverstrekking te bevorderen, publiceert het FPB regelmatig de methoden en resultaten van zijn werkzaamheden. De publicaties verschijnen in verschillende reeksen, zoals de Vooruitzichten, de Working Papers en de Planning Papers. Sommige rapporten kunnen ook hier geraadpleegd worden, evenals de nieuwsbrieven van de Short Term Update die tot 2015 werden gepubliceerd. U kunt op thema, publicatietype, auteur en jaar zoeken.

De administratieve lasten in België voor het jaar 2002 [ Planning Paper 94 - ]

Op vraag van de ministerraad en in samenwerking met de Dienst voor Administratieve Vereenvoudiging, heeft het Federaal Planbureau voor het jaar 2002 de kosten geschat die ondernemingen en zelfstandigen in België ervaren voor de administratieve lasten. De schatting van de administratieve lasten is gebaseerd op een nationale enquête bij een representatieve steekproef van ondernemingen en zelfstandigen. De schattingsmethode is dezelfde als bij de enquête over de administratieve lasten van het jaar 2000.

  Auteurs

Aurelie Joos (A),
 
A : Auteur, C : Contribuant

  Publicatietype

Afgesloten reeksen

In de Planning Papers werden afgeronde studies over thema's van ruimer belang gepresenteerd. De reeks is gesloten sinds 2022.
De Short Term Update (STU) was een driemaandelijkse nieuwsbrief met een actueel overzicht van de Belgische economie en de lopende studies van het FPB.  De reeks is gesloten sinds 2015.

De administratieve lasten voor het jaar 2002, zoals ze werden aangegeven door de ondernemingen, worden geraamd op 6,3 miljard euro of 2,4 % van het bbp. Op basis van een schatting bij de zelfstandigen, bedragen de administratieve lasten 2,7 miljard euro of 1,0 % van het bbp. In vergelijking met 2000 en in percentage van het bbp daalde het relatief aandeel van de administratieve lasten voor de ondernemingen, terwijl de administratieve lasten bij de zelfstandigen gestegen zijn in percentage van het bbp. Hierbij moet wel worden benadrukt dat de schatting van de administratieve lasten geen exacte becijfering is, maar eerder geënterpreteerd moet worden als een grootteorde, zoals de grootte van het betrouwbaarheidsinterval van de resultaten aangeeft.

Van de drie domeinen van regelgeving die in de enquête zijn opgenomen, heeft de regelgeving inzake tewerkstelling het grootste aandeel in de totale administratieve kosten van de ondernemingen. Dit aandeel groeide nog tijdens de periode 2000 tot 2002. Van de twee domeinen van regelgeving die in de enquête voor de zelfstandigen werden opgenomen, veroorzaakt de fiscale regelgeving het grootste deel van de administratieve kosten, maar in mindere mate dan in 2000. Zowel voor de ondernemingen als voor de zelfstandigen heeft de milieuregelgeving het kleinste aandeel in de administratieve kosten.

Net zoals in de vorige enquête blijken de kleine ondernemingen het meest getroffen te zijn door de administratieve lasten, zowel in procent van de omzet als per werknemer. De kleine ondernemingen, die een gemiddelde totale kost van meer dan 8 000 euro per werknemer hebben, lijken ook harder getroffen te zijn dan de zelfstandigen, hoewel de gemiddelde kosten voor een zelfstandige ook sterk gestegen zijn over de laatste twee jaar.

Op gewestelijk niveau lijken Waalse ondernemingen en Vlaamse zelfstandigen de hoogste gemiddelde administratieve kosten te dragen. In 2000 kenden de Brusselse ondernemingen de hoogste gemiddelde kosten per werknemer maar gedurende de laatste twee jaar daalden die kosten. Bij de zelfstandigen, werd de grootste toename van de gemiddelde kosten opgetekend bij Vlaamse en Brusselse zelfstandigen.

Uit de twee enquêtes kan worden afgeleid dat de meerderheid van de zelfstandigen en de ondernemingen de mening deelt dat de administratieve lasten, ongeacht het domein van regelgeving, over de laatste twee jaar (merkelijk) gestegen zijn. Dat gevoel is bij ondernemingen wel minder sterk voor de administratieve lasten inzake milieuregelgeving en bij zelfstandigen inzake fiscaliteit.

Naast het kwantitatieve deel bevat de enquête ook een belangrijk kwalitatief luik waarin de mening van de zelfstandigen en de ondernemingen over de problematiek van administratieve lasten naar voren komt. Zowel bij de ondernemingen als de zelfstandigen kan worden vastgesteld dat ze in het algemeen meer tevreden zijn over hun contacten met de administratie dan over de kwaliteit van de regelgeving op zich. Voor alle domeinen van regelgeving zijn de ondernemingen en de zelfstandigen relatief tevreden over de openbaarheid van de regelgeving. Ze zijn echter het meest kritisch over het gebrek aan flexibiliteit van de regelgevingen waardoor ze zich moeilijk aan alle omstandigheden kunnen aanpassen. De kwaliteit van de contacten met de administratie over de periode 2000 en 2002 is volgens de ondernemingen en zelfstandigen verbeterd voor fiscale aangelegenheden maar voor milieu aangelegenheden is de kwaliteit achteruitgegaan.

Wat de ondernemingsgrootte, de activiteit of het gewest ook is, ondernemingen en zelfstandigen willen, zowel in 2000 als in 2002, dat bij de administratieve vereenvoudiging het verbeteren van de wetgeving de prioriteit krijgt. Een uitzondering hierop zijn de zelfstandigen uit de bouwsector die meer belang hechten aan de verbetering van de informatieverstrekking door administratieve diensten.

De elektronische toepassingen om het proces van administratieve vereenvoudiging te ondersteunen zijn beter gekend naarmate de onderneming groter is. De elektronische toepassingen om ondernemingen en zelfstandigen beter te informeren, zijn niet goed gekend bij de zelfstandigen, in het bijzonder bij de zelfstandigen uit de landbouwsector. De elektronische toepassingen om administratieve transacties te vereenvoudigen, zijn in het algemeen beter gekend bij de zelfstandigen.

De federale portaalsite, een toepassing om informatie te verschaffen, en de btw- aangifte, een toepassing gebruikt voor transacties, zijn elk in hun categorie de best gekende toepassingen bij ondernemingen en zelfstandigen. Dimona is ook door de meerderheid van de ondernemingen gekend en is daarenboven de meest gebruikte toepassing bij de ondernemingen, ongeacht de ondernemingsgrootte. Bij de zelfstandigen verschilt het percentage van gebruikers van sector tot sector, afhankelijk van de toepassing en zonder een duidelijke trend te kunnen bepalen.

De ondernemingen die de elektronische toepassingen kennen zijn er in het algemeen tevreden over. De tevredenheid verschilt echter wel volgens de ondernemingsgrootte en volgens de toepassing. Het tevredenheidspercentage bij de zelfstandigen verschilt sterk volgens sector en gewest. De Brusselse zelfstandigen zijn ofwel heel tevreden over Finform, de aangifte bedrijfsvoorheffing en Dimona, ofwel totaal ontevreden over de aangifte van werven en de multifunctionele aangifte voor sociale zekerheid. De tevredenheidspercentages in de twee andere gewesten zijn minder uiteenlopend.

Verschillende projecten van structurele hervormingen werden voorgesteld aan ondernemingen en zelfstandigen. De invoering van elektronische betalingen is het best gekende project. Het invoeren van een uniek identificatienummer van ondernemingen vond de meeste steun bij de kleine en middelgrote ondernemingen, terwijl de grote ondernemingen op de eerste plaats voorstander zijn van de invoering van het elektronisch betalen. Het uniek identificatienummer van ondernemingen wordt ook het meest gesteund door de Brusselse zelfstandigen. De Waalse en Vlaamse zelfstandigen daarentegen, zijn vooral voorstander van de oprichting van fysieke loketten.

  Verwante documenten

    None

  Beschikbare gegevens

None

Please do not visit, its a trap for bots