Nieuws
Perscommuniqués
Colloquium
Laatste 5 gegevensbanken
Publicaties
Om de transparantie en informatieverstrekking te bevorderen, publiceert het FPB regelmatig de methoden en resultaten van zijn werkzaamheden. De publicaties verschijnen in verschillende reeksen, zoals de Vooruitzichten, de Working Papers en de Planning Papers. Sommige rapporten kunnen ook hier geraadpleegd worden, evenals de nieuwsbrieven van de Short Term Update die tot 2015 werden gepubliceerd. U kunt op thema, publicatietype, auteur en jaar zoeken.
Rapporten - REP 15-01 (fr),
De Ageing Working Group (AWG) van het EPC heeft voor de zesde keer sinds 2001 economische en budgettaire langetermijnprojecties uitgevoerd om de effecten van de vergrijzing te beoordelen. Het laatste "Ageing Report" dateert van 2012. In de editie van 2015, die in het voorjaar van 2015 zal verschijnen, zullen de projecties worden voorgesteld die in februari 2015 door het EPC zijn goedgekeurd.
De projecties van de overheidsuitgaven voor pensioenen worden op nationaal niveau uitgewerkt (in het geval van België door het Federaal Planbureau) in het kader van de aannamen van de AWG. De projecties van de andere leeftijdsgebonden uitgavenposten van de overheid worden daarentegen door de diensten van DG ECFIN uitgewerkt. Die projecties van de overheidsuitgaven voor pensioenen worden onderworpen aan een proces van intercollegiale toetsing op basis van een technische zogenaamde nationale "country fiche". Die "country fiches" worden door de EC samen met het “Ageing Report” zelf uitgegeven, maar de EC heeft het FPB de toestemming gegeven om de "Belgium: Country Fiche 2014" voor nationale doeleinden te gebruiken en vóór de vrijgave van het "Ageing Report 2015" te publiceren.
Rapporten - REP_COUNTRYFICH2014 (en),
Het voorliggende document is het vierde zesmaandelijkse voortgangsrapport waarin het Federaal Planbureau (FPB) verslag uitbrengt over de monitoring van de relancestrategie die door de Federale regering in de zomer van 2012 werd opgestart.
Dit voortgangsverslag maakt een oplijsting van de maatregelen die opgevolgd worden en geeft een stand van zaken van de voortgang van uitvoering van die maatregelen (situatie op 30 juni 2014).
Rapporten - OPREP201403 (fr), (nl),
Het Federaal Planbureau heeft sinds midden 2013 een reeks studies en simulaties gerealiseerd op vraag van de Commissie Pensioenhervorming 2020-2040 in het kader van een onderzoeksovereenkomst tussen de FOD Sociale Zekerheid en het Federaal Planbureau.
Rapporten - OP_REP_PEN14
Het uitgangspunt van dit rapport is het grote verschil tussen de raming van de output gap tegen 2015 door de Europese Commissie en die door het Federaal Planbureau. Wij verdedigen de stelling dat de ramingen inzake de potentiële groei door de Europese Commissie voor de jaren 2013-2014, in tegenstelling tot die van het Federaal Planbureau, niet beantwoorden aan de fundamentele criteria inzake stabiliteit en minimalisering van de herzieningen. Een vergelijking met de ramingen van de output gap voor Duitsland en Frankrijk ondersteunt trouwens de relevantie van de door het FPB gemaakte raming voor België
Rapporten - OPREP201402 (fr),
Het voorliggende document is het derde zesmaandelijkse voortgangsrapport waarin het Federaal Planbureau (FPB) verslag uitbrengt over de monitoring van de relancestrategie die door de Federale regering in de zomer van 2012 werd opgestart.
Dit voortgangsverslag maakt een oplijsting van de maatregelen die opgevolgd worden en geeft een stand van zaken van de voortgang van uitvoering van die maatregelen (situatie op 31 januari 2014). Vervolgens worden de maatregelen aan een analyse onderworpen.
Rapporten - OPREP201401 (fr), (nl),
Naar aanleiding van zijn 50-jarig bestaan gaf het Rijksinstituut voor Ziekte en Invaliditeitsverzekering (RIZIV) aan het Federaal Planbureau de opdracht toe om een rapport op te stellen, met als doel de maatschappelijke betekenis van de gezondheidszorg en de publieke gezondheidszorgverzekering in kaart te brengen. We concentreerden ons daarbij op drie specifieke vragen. De eerste vraag luidt: wat heeft de gezondheidszorg bijgedragen aan de gezondheid van de bevolking? Bij gebrek aan voldoende gegevens over andere dimensies van de gezondheid, kijken we naar sterfte en levensverwachting. Twee verschillende benaderingen van de vraag leiden tot dezelfde conclusie: de uitbreiding van de gezondheidszorg heeft substantieel bijgedragen aan de verlenging van de levensduur. De tweede vraag betreft de economische betekenis van de gezondheidszorg. De toegevoegde waarde en de tewerkstelling van de bedrijfstakken menselijke gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening zijn tussen 1970 en 2012 sterk toegenomen, waardoor de gezondheidszorg een steeds belangrijker deel is geworden van de Belgische economie. De derde vraag betreft de impact van gezondheidszorg en de publieke gezondheidszorgverzekering op ongelijkheden in gezondheid en inkomen. Het blijkt onder meer dat er in België geen sociale ongelijkheid is in het gebruik van de huisarts, maar wel in dat van de specialisten, en dat een tamelijk groot aantal ouderen geconfronteerd met eigen bijdragen die hoger zijn dan 10% van het inkomen.
Rapporten - OP_INAMI_RIZIV_14 (fr), (nl),
In de pensioenregeling van de overheidssector worden de postsecundaire studiejaren in aanmerking genomen bij de bepaling van de loopbaanduur, en dit zowel op het niveau van de pensioenberekening als om het recht te openen op vervroegd rustpensioenen. Het voorliggende rapport evalueert de budgettaire gevolgen van een gedeeltelijke afschaffing (enkel gericht op de loopbaanvoorwaarden voor vervroegd rustpensioen) of een totale afschaffing (zowel gericht op de loopbaanvoorwaarden voor vervroegd rustpensioen als op de pensioenberekening) van dit diplomabonificatiesysteem.
Rapporten - REP_DIPLBONI_201310 (mix),
In juli 2012 kondigde de Federale regering haar relancestrategie aan. Centrale doelstellingen van die relancestrategie zijn het ondersteunen van de koopkracht van de burgers, het versterken van de competitiviteit van onze economie en het creëren van meer kwaliteitsvolle jobs.
In de relancestrategie werd een procedure voor opvolging en monitoring ingesteld, die inhoudt dat het Federaal Planbureau om het half jaar aan de regering een verslag voorlegt over de evolutie van deze procedure en de efficiëntie van de genomen maatregelen in het licht van de doelstellingen van de strategie. Het voorliggende, eerste, monitoringrapport introduceert de monitoringprocedure, geeft een overzicht van de maatregelen die zullen opgevolgd worden (de scope) en geeft een stand van zaken van de voortgang van uitvoering van de maatregelen (situatie op 31 januari 2013).
Rapporten - OPREP201301 (fr), (nl),
Het Federaal rapport inzake duurzame ontwikkeling 2011 maakt in drie opzichten de balans op van twintig jaar duurzame ontwikkeling in België. Ten eerste onderzoekt het rapport de evolutie van 25 sleutelindicatoren sinds 1992. Ten tweede evalueert het de Belgische federale strategie in de periode 1997-2010. Ten derde gaat het dieper in op concrete verbintenissen uit de federale plannen. Met dat alles biedt het een stand van zaken en een evaluatie van de bestaande toestand en van het gevoerde beleid inzake duurzame ontwikkeling. Op die basis formuleert het rapport tien aanbevelingen voor de beleidsmakers om het politieke engagement voor duurzame ontwikkeling te hernieuwen.
Rapporten - Sustainable development Report 2011 (de), (en), (fr), (nl),
De Koninklijke Bemiddelaar heeft op 25 oktober 2010 aan het Federaal Planbureau en de Nationale Bank van België gevraagd om de gevolgen tot 2030 van een aantal voorstellen tot hervorming van de bijzondere financieringswet te berekenen. Op 15 november 2010 hebben de Nationale Bank van België en het Federaal Planbureau een gedetailleerd verslag overhandigd aan de Koninklijke Bemiddelaar. Dit verslag, dat zowel betrekking had op de methodologieën als op de simulatieresultaten, werd voorgelegd aan zes academici en aan de toen onderhandelende partijen. Vanaf december 2010 hebben de koninklijke opdrachthouders simulaties opgemaakt van hervormingen van de bijzondere financieringswet, op hun eigen verantwoordelijkheid, maar steeds op grond van één of meerdere macro-economische scenario's en van het methodologische kader van de Nationale Bank van België en het Federaal Planbureau. Naast de documentatie over de gebruikte modellen die beschikbaar is op hun website, hebben het Federaal Planbureau en de Nationale Bank van België een groot aantal methodologische verslagen en presentaties van de resultaten van de macro-economische scenario's opgesteld ter attentie van de koninklijke opdrachthouders.
In het Institutioneel akkoord voor de zesde staatshervorming van 11 oktober 2011 werd aangekondigd dat de volgende rapporten beschikbaar zijn bij het Federaal Planbureau en de Nationale Bank van België.U kunt de lijst met die rapporten consulteren via de rubriek 'News & events" en deze downloaden ofwel via diezelfde rubriek ofwel via de rubriek 'PDF & download" rechts op deze pagina.
Rapporten - Report_methodo (fr), (fr), (fr), (fr), (fr), (fr), (fr), (nl), (nl),
Om de overgang van een leefloon naar (deeltijds) werk financieel aantrekkelijk te maken, voorziet de huidige regelgeving dat bij de berekening van de bestaansmiddelen, en dus het recht op leefloon, inkomens uit werk of beroepsopleiding tot op zekere hoogte vrijgesteld worden. Dit is de zogenaamde sociaalprofessionele integratievrijstelling (SPI). Onder meer door het forfaitaire karakter, kampt het systeem van de SPI-vrijstelling met een aantal beperkingen. In dit rapport analyseren we de inactiviteitsvallen voor leefloners. We berekenen voor een aantal typegezinnen het verschil in netto-inkomen bij niet werken, deeltijds werken en voltijds werken. Daarnaast simuleren we voor dezelfde gezinstypes het netto-inkomen op basis van alternatieve systemen voor de SPI-vrijstelling. We baseren ons hiervoor op de vrijstellingen van arbeidsinkomens voor bijstandsgerechtigden die bestaan in Frankrijk, Nederland en Duitsland. We onderzoeken welke impact deze systemen zouden kunnen hebben op de inkomenssituatie van leefloners in België – dit is, indien ze in België toegepast zouden worden, ter vervanging van de huidige SPI-vrijstelling.
Dit rapport bundelt de belangrijkste resultaten van het onderzoek waarin bovenstaande onderzoeksvragen geanalyseerd worden. Het onderzoek werd gerealiseerd door het Centrum voor Sociaal Beleid Herman Deleeck en het Federaal Planbureau op vraag van de Koning Boudewijnstichting.
Rapporten - RIS_LAS_2001_01 (fr), (nl),
Indicatoren, doelstellingen en visies van duurzame ontwikkeling, het Federaal rapport inzake duurzame ontwikkeling 2009, is een bijdrage tot het brede debat over indicatoren waarmee samenlevingen hun vooruitgang kunnen meten en daarover kunnen debateren.
Het rapport is gericht op de studie van een tabel met indicatoren van duurzame ontwikkeling (IDO’s). Die tabel toont in welke mate België op weg is om een aantal strategische doelstellingen van duurzame ontwikkeling (SDDO’s) te bereiken. Het rapport onderzoekt ook de keuze van die strategische doelstellingen in het kader van langetermijnvisies over de evolutie van de samenleving, het milieu, de economie en het overheidsbeleid.
Rapporten - Sustainable development Report 2009 - Folder (de), (en), (fr), (nl),
Rapporten - Sustainable development Report 2009 (fr), (nl),
Rapporten - Sustainable development Report 2007 - Synthese (fr), (nl),
Hoe zou een wereld in duurzame ontwikkeling er in 2050 kunnen uitzien? Hoe bijdragen aan de concretisering van die ontwikkeling? Waarom sociaal, milieu- en economisch beleid integreren? In het 4e Federaal rapport van het Federaal Planbureau staan twee scenario’s voor duurzame ontwikkeling centraal die antwoorden op die vragen voorstellen.
Rapporten - Sustainable development Report 2007 - Folder (de), (fr), (nl),
De transitie naar een duurzame ontwikkeling versnellen is het vierde Federaal rapport inzake duurzame ontwikkeling. Dit Rapport kijkt vooral naar de toekomst. Het presenteert ambitieuze, maar haalbare doelstellingen van duurzame ontwikkeling en schetst twee mogelijke wegen om die doelstellingen tegen 2050 te bereiken. Het onderzoekt de veranderingen van de consumptie- en productiepatronen in het algemeen en van het energie- en voedselsysteem in het bijzonder.
Het Rapport stelt vast dat een aantal van de huidige trends op termijn onhoudbaar zijn omdat ze negatieve gevolgen hebben voor mens, milieu en economie. Om onoplosbare problemen en onbetaalbare kosten in de toekomst te vermijden, zijn er nu maatregelen nodig. In de voorbije jaren werden reeds enkele stappen gezet om de koers van onze samenleving te wijzigen in de richting van een duurzame ontwikkeling, maar ingrijpender veranderingen zijn nodig. Het Rapport formuleert een aantal aanbevelingen waarmee de federale overheid haar beleid kan aanpassen. In de komende tien tot vijftien jaar moet de transitie naar een duurzame ontwikkeling versnellen en het beleid moet daartoe bijdragen.
Rapporten - Sustainable development Report 2007 (fr), (nl),
Rapporten - Sustainable development Report 2000-2004 - Folder (de), (en), (fr), (nl),
Rapporten - Sustainable development Report 2000-2004 (de), (fr), (nl),
Rapporten - Sustainable development Report 2002 (fr), (nl),
Rapporten - Sustainable development Report Summary 2002 (de), (en), (fr), (nl),
Rapporten - Sustainable development Report 2002 - Folder (fr), (nl),
Rapporten - Sustainable development Report 2002 - CD Rom
Rapporten - Sustainable development Report (fr), (nl),
Rapporten - Sustainable development Report Summary 1999 (en), (fr), (nl),