Page Title

Publicaties

Om de transparantie en informatieverstrekking te bevorderen, publiceert het FPB regelmatig de methoden en resultaten van zijn werkzaamheden. De publicaties verschijnen in verschillende reeksen, zoals de Vooruitzichten, de Working Papers en de Planning Papers. Sommige rapporten kunnen ook hier geraadpleegd worden, evenals de nieuwsbrieven van de Short Term Update die tot 2015 werden gepubliceerd. U kunt op thema, publicatietype, auteur en jaar zoeken.

Nieuw begrotingskader voorgesteld door de Europese Commissie: welk traject voor de Belgische overheidsfinanciën? [ REP_12769 - ]

Op 9 november 2022 heeft de Europese Commissie haar voorstel voor een hervorming van het kader voor het begrotingstoezicht van de lidstaten bekendgemaakt. Het voorgestelde nieuwe kader is gebaseerd op de schuldhoudbaarheidrisico’s. Voor België, dat in het bijzonder aan deze risico's is blootgesteld, zou het een snelle en verregaande begrotingsconsolidatie inhouden en niet minder veeleisend zijn dan de regels die voorheen van kracht waren en sinds de coronacrisis zijn opgeschort. Het voorstel is nog niet goedgekeurd en er moet nog met de lidstaten over worden onderhandeld.

  Auteurs

, ,
 
A : Auteur, C : Contribuant

  Publicatietype

Rapporten

Het rapport presenteert de werkzaamheden die het FPB binnen zijn expertisedomeinen verricht op verzoek van overheden of partners. 

Synthese

In haar mededeling over een leidraad voor een hervorming van het EU-kader voor economische governance van 9 november 2022, stelt de Europese Commissie een herziening van het kader voor begrotingstoezicht voor. Indien het voorstel wordt aangenomen, zullen de lidstaten hun budgettair-structurele plannen voor de middellange termijn indienen nadat zij van de EC een voorstel voor een meerjarig referentieaanpassingstraject hebben ontvangen. In deze studie wordt nagegaan hoe dit referentietraject er zou kunnen uitzien.

Het voorgestelde nieuwe kader is gebaseerd op risico’s voor de houdbaarheid van de schuld. Het zal dus des te veeleisender zijn voor de lidstaten met hoge risico’s: namelijk een hoog aanvankelijk overheidstekort, blootstelling aan stijgende rentevoeten in combinatie met een hoge schuld, hoge budgettaire kosten door de verwachte vergrijzing en een aanzienlijke volatiliteit in de determinanten van de dynamiek van de schuldgraad. Voor België, dat bijzonder kwetsbaar is voor risico's inzake budgettaire houdbaarheid, zou het voorgestelde nieuwe kader dan ook niet minder veeleisend zijn dan het vorige kader dat een jaarlijkse verbetering van het structureel saldo met 0,6 % voorschreef.

Uit simulaties blijkt immers dat de vereiste budgettaire aanpassing kan oplopen tot 4,0 % van het bbp in 4 jaar (d.w.z. 1,0 % extra aanpassing per jaar gedurende 4 jaar), en tot 4,8 % van het bbp in 7 jaar (d.w.z. 0,7 % extra aanpassing per jaar gedurende 7 jaar). Het verkrijgen van een aanpassingsperiode van 7 jaar in plaats van 4 jaar is echter afhankelijk van het feit dat er hervormingen en investeringen worden voorgesteld die gunstig zijn voor de economische groei en de houdbaarheid van de schuld. Die aanpassingen worden uitgedrukt in een toename van het primair saldo van de gezamenlijke Belgische overheid ten opzichte van een projectie bij ongewijzigd beleid. In deze oefening bestaat deze referentieprojectie uit de Vooruitzichten van juni 2022 van het FPB en het rapport van de Studiecommissie voor de Vergrijzing (SCvV) van juli 2022. In de praktijk zouden deze aanpassingen, met het oog op monitoringdoeleinden, moeten worden omgezet in een maximale groeinorm voor de netto primaire uitgaven.

Met deze aanpassingen zou de tekortgrens van 3 % van het bbp gedurende tien jaar na de aanpassingsperiode en bij ongewijzigd beleid kunnen worden nageleefd, naast een aanhoudende en plausibele vermindering van de schuld, wat vereist is in het voorgestelde nieuwe kader. Dit betekent dat de noodzakelijke budgettaire aanpassing in 4 of 7 jaar moet plaatsvinden, zodat de regeringen van de volgende 10 jaar geen extra maatregelen hoeven te nemen ondanks de stijging van de kosten van de vergrijzing en de stijgende rente. De afweging tussen budgettaire aanpassingen op korte termijn en hervormingen op lange termijn, die reeds in het vorige begrotingskader aanwezig was, is dus nog steeds aanwezig en wordt zelfs versterkt.

Het voorstel van de EC is nog niet goedgekeurd en er moet nog met de lidstaten over worden onderhandeld.                

  Verwante documenten

    None

  Beschikbare gegevens

None

Please do not visit, its a trap for bots